Deelprogramma 4.1: Sociale samenhang en leefbaarheid
Inleiding
Voor het welbevinden zijn sociale contacten in de eigen buurt van grote betekenis. In een buurt waar mensen elkaar ontmoeten en kennen, kunnen we gemakkelijker iets aan elkaar vragen. Wij hebben de overtuiging dat veel mensen graag iets voor en ander doen, individueel of in een vrijwilligersorganisatie. Voorwaarde is dat ze kunnen rekenen op adequate faciliteiten en (professionele) ondersteuning. Die worden geboden door verschillende (gesubsidieerde) instellingen en in (wijk)accommodaties.
Beleidsvelden
- Bevorderen sociale samenhang en leefbaarheid in wijken
- Individuele voorzieningen (Wmo)
Effectindicatoren
Met de onderstaande indicatoren is de voortgang van ons beleid in 2016 gemeten. Als er geen gegevens beschikbaar zijn/of één maal per twee jaar gemeten worden staat er een streepje.
Indicator(en) | Behaald | Beoogd | Behaald 2016 |
---|---|---|---|
% inwoners dat tevreden is over de eigen (of van de kinderen) leefomgeving (= kwaliteit woonomgeving, hoger is beter) | - | - | * |
% inwoners dat vrijwilligerswerk doet | - | > 30% | 28% |
% inwoners dat mantelzorg biedt | - | > 21% | 21% |
* Deze indicator wordt niet meer uitgevraagd in de nieuwe enquête. Het ging om een samengestelde indicator die te onvoldoende bruikbare informatie opleverde. We vragen nu gerichter uit, onder andere in hoeverre inwoners hun buurt als prettig ervaren. Deze indicator kende in 2016 een score van 94%.